slaapfases

 


Als iemand wakker is hebben de hersenen veel activiteit. Stel je maakt een EEG in zo'n geval, dan liggen de hersengolven boven de 13 hz. Als je vervolgens gaat ontspannen, zitten of liggen op de bank bijvoorbeeld, dan komen de golven tussen de 8 en 13 hz te liggen.

Hierna, in bed gelegen met het licht uit, volgt de voorfase van het slapen.

fase 1:

Voordat iemand in slaap valt heb je de periode van het doezelen. Deze fase wordt gekenmerkt door langzame, draaiende oogbewegingen. Armen en benen worden zwaar en de spierspanning neemt af. Het EEG heeft een vlak patroon (3-8hz). Prikkels van buitenaf komen nauwelijks door.

fase 2:

Hier spreekt men van lichte slaap. De slaper is in deze fase moeilijk wakker te maken. Dat duurt ongeveer een half uur. De spieren zijn slapper dan in het eerste stadium en oogbewegingen ontbreken.

fase 3 & 4:

Na een half uur is de slaper in de 'diepste' fase ofwel de Deltaslaap. De EEG-golven zijn minder dan 2 hz. Bij een gezonde volwassene kan dit stadium ongeveer een uur duren.

De spieren zijn maximaal ontspannen, hartslag en bloeddruk bereiken hun laagste 24-uur niveau. De ademhalingsfrequentie en lichaamstemperatuur dalen. Tijdens de delta-slaap is de slaper nauwelijks wakker te krijgen. Deze fase is de belangrijkste voor ons biologische herstel. En daarmee bedoelen we de organen en hersenen zelf.

De REM-slaap: Na de delta-slaap wordt de slaap geleidelijk lichter en nemen lichaamsbewegingen toe. Hierna treedt de eerste REM-slaap op. Omdat er tijdens deze fase van de slaap sprake is van een snelle oogbeweging wordt deze fase de R (rapid) E (eye) M (movement) slaap genoemd.

Het centrum voor deze oogbewegingen ligt in de pons. Dit hersengedeelte is actief tijdens het dromen. De hartslag en ademhaling zijn dan sneller en onregelmatiger. In deze fase van slaap worden de hersenen opgeschoond. EMDR is een therapie die gebruikt maakt van dit 'opschooneffect' van de hersenen.

samenvattend: onder normale omstandigheden valt iemand, die aan het begin van de nacht naar bed gaat, binnen 10-15 minuten in slaap. Vrij snel daarna wordt de diepe slaap bereikt ofwel stadium drie en vier van de non-REM slaap. Na ongeveer anderhalf uur treedt de eerste REM-slaap op om vervolgens weer een diepe slaap te hebben.

Later in de nacht wisselen ongeveer vijf diepe fases zich af met vijf REM-slapen. Deze cycli (Rem-slaap en non-REM slaap) treden een aantal keer per nacht op. figuur die de cycli laat zien. Ook overdag hebben we, hoewel minder duidelijk, een aantal cycli. 's Middags tussen een en twee is er een mindere waakzame periode (koffie!).